Ruim 21 jaar terug begon Evelien Groenink aan een onderzoek naar de ware toedracht van de moord op Dulcie September. Deze ANC-vertegenwoordigster was op een ochtend in maart 1988 vermoord in de deuropening van haar kantoor aan de Rue des Petites-Ecuries in Parijs.
Op het kantoor van de anti-apartheidsbeweging bestond destijds weinig twijfel over wie deze gruweldaad op hun geweten hadden. Nadat we het nieuws gehoord hadden, belde ik Evelien en zei: ‘Ze hebben Dulcie vermoord.’ Het was duidelijk wie ‘ze’ waren: de doodseskaders van het minderheidsbewind in Pretoria. Maar jarenlang onderzoek door Evelien bracht andere ‘inconvenient truths’ aan het licht: Dulcie was zakendeals op het spoor die in strijd waren met het toen geldende wapenembargo van Zuid-Afrika. Ook waren er aanwijzingen dat prominente leden uit haar eigen beweging hierbij betrokken waren. In later jaren verbreedde Evelien haar onderzoek naar de moorden op Swapo-strijder Anton Lubowski, die in 1989 werd omgebracht, en ANC-voorman Chris Hani, die in het voorjaar van 1993 op de stoep van zijn huis werd neergeschoten. En ook hier leidden sporen naar, deels dezelfde, handelaren in oorlogstuig.
Groenink’s weerslag van haar onderzoek mocht in Zuid-Afrika niet verschijnen. Haar uitgever bezweek voor de talloze dreigementen die werden geuit. Zo raadde oud-minister Pik Botha publicatie af met de woorden: ‘We live in a very dangerous world, you know.’
Uitgever Maggie Davey houdt morgenavond in Johannesburg de jaarlijkse Ruth First Lezing. In de afgelopen maanden vroeg zij zich af onder invloed van welke factoren zij afzag van publicatie van Groenink’s boek. Een samenvatting van haar intrigerende toespraak staat vandaag in de Sunday Times. Het is een klein monument voor Dulcie, en voor de speurzin van Evelien Groenink!
Zie: www.thetimes.co.za/PrintEdition/Insight/Article.aspx?id=1050044