is monique samuel woordvoerder van museveni?

Woensdagavond met stijgende verbazing gekeken naar een gesprek met Monique Samuel in het Vlaamse televisieprogramma ‘Reyers Laat’. Onderwerp: de anti-homowetten in Oeganda. Stelling van Samuel: De ellende is door het Westen aangericht. In het betoog van de politicologe is de opkomst van homoactivisme in Oeganda een gevolg van ‘promotie door het Westen’. Dit is precies wat de aanhangers van de anti-homowetten betogen. Vervolgens ziet Samuel de lobbycampagne van Amerikaans christelijk rechts in Oeganda als een reactie op het homoactivisme. Solidariteit met de Oegandese homo’s en lesbo’s moet komen van Zuid-Afrika. ‘Dat is een Afrikaans land en daar wordt naar geluisterd’, aldus Samuel.

Kort nadat Zuid-Afrika de vrijheid van seksuele orientatie in de grondwet opnam, ontstonden in Oeganda de eerste homogroepen. Als deze activisten al aanmoediging nodig hadden kwam deze van het continent. Van westerse steun, laat staat promotie, van deze groepen was geen sprake. Ik herinner mij eind jaren negentig verschillende mislukte pogingen te hebben ondernomen om de toenmalige Nederlandse ambassadeur in Oeganda tot steun aan enkele vervolgde homoactivisten te bewegen. Op voorspraak van de ambassadeur verklaarde de toenmalige Minister van Ontwikkelingssamenwerking, Herfkens, dat er van homovervolging in dat land geen sprake was. Na de nodige publiciteit over deze onzin traden Nederlandse diplomaten aan die de vervolging serieus namen.

Samuel’s standpunt dat juist Zuid-Afrika het voor de Oegandese homo’s op moet nemen, overtuigt al evenmin. Dit land wordt door veel Afrikaanse machthebbers gezien als een Europese buitenpost waar blanken nog steeds een zwaar stempel op de ontwikkelingen drukken. De ironie wil dat Zuid-Afrika, wellicht in een poging die indruk weg te nemen, in Kampala een ambassadeur heeft benoemd die bekendstaat als homofoob, en als zodanig door de Zuid-Afrikaanse Mensenrechtencommissie scherp is bekritiseerd.

Monique Samuel volgt in feite de redenering van de dezer dagen vooral vanuit Amerikaanse homoactivistische kringen veelgehoorde beschuldiging dat de anti-homowetten het werk zijn van westerse evangelisten, met name uit hun eigen land. De lobby uit deze hoek is levensgevaarlijk maar de suggestie dat Oegandezen daar domweg als makke schapen achteraan lopen is onzin. De boodschap van de zendelingen landt op vruchtbare bodem. Samuel, op haar beurt, stelt de Oegandese activisten voor als marionetten in handen van westerse homopromotors. Maar de activisten zijn even oorspronkelijk Oegandees als hun belagers. Aan ons is het om in nauwe samenspraak met de activisten de hersens te breken over de wijze waarop we solidair kunnen zijn. Dat ‘wij’ ‘het westen’ vertegenwoordigen mag ons niet verlammen.


Anti-homowetten – Wat er gezegd wordt over Oeganda en wat er wel of niet van klopt

• Homoseksualiteit is onAfrikaans, in strijd met Afrikaanse tradities.

Onzin. Er zijn tal van voorbeelden van homoseksualiteit in Afrika door de eeuwen heen. Soms bestaan daar in lokale talen woorden en begrippen voor, soms niet. Nieuw in Afrika, want van de afgelopen twintig jaar, is homoactivisme, de vorming van organisaties, ‘gay prides’ en hulplijnen.

• De koloniale bezetters hebben de homohaat in Afrika gezaaid.

Niet gezaaid, wel aangemoedigd. Afkeer van wat afwijkt is van overal en in alle tijden. Vooral de Britse koloniale grootmacht zag in Afrikanen perverselingen die geciviliseerd moesten worden. Vandaar die door koningin Victoria geinspireerde anti-homowetten.

• Amerikaanse evangelisten voeren de regie van de Oegandese homohaat.

Niet de regie. Afrikanen laten zich niet zomaar voor een karretje spannen. De evangelisten zijn in verschillende Afrikaanse landen wel erg actief in het prediken van homohaat en richten zo een hoop ellende aan.

• Oegandezen moeten niets van homo’s hebben.

Als dat zo is, zouden er geen homoseksuele Oegandezen bestaan. Het ressentiment tegen holebi’s leeft zeker onder brede lagen van de bevolking. Maar naast de homoactivisten spreken ook de meeste mensenrechtenorganisaties in dat land zich uit tegen discriminatie, evenals sommige opinieleiders en religieuzen. Nogal wat activisten konden zich na hun coming out verheugen in de steun van hun families. Veel rechters in Oeganda vinden de grondwet nog net iets belangrijker dan homohaat en oordeelden in het verleden regelmatig ten faveure van homoactivisten.

• De Oegandese homoactivisten moeten hun eigen boontjes doppen.

Natuurlijk, maar de activisten rekenen ook op internationale solidariteit met hun strijd. Het zou niet voor de eerste keer zijn dat lokaal activisme en internationale steun veranderingen in gang zetten. Remember Mandela? Wel moeten solidairen in de rest van de wereld goed luisteren naar wat de Oegandese activisten als de beste steun aan hun strijd zien.

• De Oegandese president Museveni wil de verkiezingen winnen over de rug van lgbt’s.

Daar lijkt het wel op. Onlangs werd Museveni na bijna 30 jaar aan de macht te zijn opnieuw kandidaat gesteld voor de verkiezingen in 2016. Binnen zijn partij NRM heeft hij veel tegenstanders. Zo iemand is Rebecca Kadaga, de voorzitter van het parlement die in december de anti-homowetten in stemming bracht. Met zijn handtekening onder die wetten lijkt Museveni haar nu de wind uit de zeilen te hebben genomen.
Ook lijkt het aannemelijk dat de Oegandese machthebbers met hun anti-homo wetten de aandacht willen afleiden van een veel breder scala aan repressieve bepalingen die recent zijn afgekondigd. Vrouwen is het verboden een minirok te dragen en voor politieke samenscholingen van meer dan 3 personen moet toestemming worden gevraagd. En onlangs werd de onafhankelijke krant The Monitor tijdelijk het zwijgen opgelegd.

• Zuid-Afrika erkent gelijke rechten van homo’s, de rest van Afrika niet.

Zuid-Afrika adopteerde in 1996 inderdaad een van de meest progressieve grondwetten ter wereld. Ruim tien jaar later werd ook het homohuwelijk gelegaliseerd. Maar in 17 Afrikaanse landen is homoseksualiteit niet strafbaar. Oud-presidenten als Kaunda (Zambia), Chissano (Mozambique) en Mogae (Botswana) pleiten voor meer begrip en tolerantie. President Banda van Malawi trok bij haar aantreden de anti-homowetten in. Deze week sprak de Ethiopische minister van Vrouwenzaken zich tegen de anti-homowetten in Oeganda uit.

• Aartsbisschop Tutu is de enige kerkleider die zich tegen homofobie keert.

Tutu is een enthousiast strijder voor gelijker rechten van homo’s, evenals zijn opvolgers in Kaapstad. Verschillende ambtsgenoten, met name in de zuidelijk Afrikaanse regio, hebben zich ook tegen discriminatie uitgesproken.

• Afrika is het gevaarlijkste continent voor homo’s.

Dat is aantoonbaar onjuist. Volgens de statistieken vielen er in 2012 ruim driehonderd doden in Brazilie door anti-homogeweld. Het aantal geweldsincidenten in dat land bedroeg bijna vijfduizend. Tel alle doden en incidenten in de 54 Afrikaanse landen bij elkaar op en je komt nog niet in de buurt. Brazilie kent met miljoenen deelnemers ook de grootste ‘roze zaterdag’ in de wereld. Er lijkt dus een verband te bestaan tussen toenemende zichtbaarheid en groeiend geweld. Dat zou ook wel eens de verklaring kunnen zijn voor het geweld tegen homo’s in Zuid-Afrika waar in de jaren negentig een grote beweging ‘uit de kast’ kwam.

• Nederland heeft terecht de ontwikkelingshulp aan Afrika gestaakt.

Het spreekt voor zich dat hulpverleners geen steun moeten geven aan homohaters. Leg voortzetting van steun maar eens uit aan belastingbetalers of donateurs. Maar niet alle steun loopt via machthebbers. Homoactivisten in Afrika pleiten voor terughoudendheid temeer omdat ze niet de schuld willen van krijgen van stopzetting van armoedebestrijding. Nu de Oegandese regering het licht op groen heeft gezet voor een heksenjacht roepen activisten in dat land op alle middelen in te zetten die de machthebbers tot inkeer dwingen.

• De homo-emancipatie is op zijn retour.

Onzin. De homo-emancipatie schrijdt voort. Steeds meer landen in Latijns-Amerika en Azie schrappen anti-homowetten. In de VS heeft Obama een einde gemaakt aan het in het leger geldende ‘don’t ask, don’t tell’. In steeds meer staten is het homohuwelijk of partnerschap erkend. Repressieve wetgeving is in landen als Oeganda, Rusland of Nigeria vooral, en onder veel meer, een reactie op de vooruitgang.

Dit overzicht werd opgesteld door Bart Luirink en Madeleine Maurick. Zij werken aan een boek over homoseksualiteit in Afrika.


oeganda

(Voor David Kato)

Mededeling van Facebook. K. heeft haar portret gewijzigd. Ik zie een zwart vlak. K. heeft haar foto van Facebook weggehaald, lees ik. Tweet met voorpagina van The Red Pepper die 200 homo’s ‘exposed’. Tweet van F.: twee jongens aangevallen, 1 dood. Tweet van P. : A Luta Continua. Nog onrustbarender voelt het ontbreken van Facebook-berichten en tweets van andere Oegandese vrienden. Zijn ze ondergedoken? Dan de aankondiging van een ‘fonds voor steun aan homo’s die vluchten uit Afrika’. Commentaar eronder: ‘Afrika is niet 1 land’. Ik blader door mijn aantekeningen die ik nodig heb bij het hoofdstuk van een boek waaraan M. en ik nu werken. Werktitel: Sodom in Afrika. Vingers verlamd door de aaneenschakeling van berichten. Hoe zet ik die vervloekte beep op mijn Blackberry bij elk nieuw bericht uit? Arizona: Wet aangenomen op grond waarvan je homo’s uit je winkel kunt weren. ‘Reg van toegang voorbehou’ heette dat tijdens de Apartheid. Beep! Beep! Beschouwing in The Guardian waarin Edwin Cameron aan het woord komt. HIV-positieve, homoseksuele rechter aan het Grondwettelijk Hof van Zuid-Afrika. Hij ziet de wild om zich heen slaande homohaat als een ‘instable transition’ op weg naar een ‘onvermijdelijke verandering’. Eens. Maar vandaag wel erg onstabiel. Hou vol K. Hou vol F. Hou vol P. Beep!


shado’man


De film Shado’man van Boris Gerrets die onder meer in Eye te zien is, schetst een ontroerend beeld van een groep straatjongeren in Freetown, Sierra Leone. We volgen David, Lama, Sarah, Lero en de anderen in hun dagelijkse leven. Ze zijn verlamd of blind, het gevolg van polio of een ‘verkeerde injectie’. Gaandeweg komen we veel te weten over het verlangen naar een dak boven hun hoofd, een relatie, kinderen. De een slaagt erin iets te verwezenlijken, de ander zoekt verder. We horen hoe een van hen zijn handicap als een ‘straf van God’ ziet en hoe een ander bekent zijn levensverhaal niet te kunnen vertellen ‘zonder in huilen uit te barsten’. Als twee geliefden ruzie hebben treedt er uit de groep een mediator naar voren. Er wordt gedronken en gedold en het straatjochie met waterpokken wordt liefdevol verzorgd door een van de blinde leden van de groep. Het is al met al een werkelijkheid die tamelijk universeel is. Ontregelend is het feit dat de film uitsluitend in de nachtelijke uren geschoten is. Het effect is zeker adembenemend. De prijs voor deze vondst zijn recensies vol termen als ‘schaduwwereld’, ‘geesten’, ‘gruwelbeelden’, ‘schimmige onderwereld’ en ‘clair obscur’.

Als de karakters in het volle daglicht waren geplaatst, had de film aan zeggingskracht gewonnen en minder ruimte gelaten voor ‘onze’ mystificerende fantasie. Niettemin: zien!


culturele wartaal


Wat is dat toch met veel Amerikaanse artiesten? De een doet Darfur, de ander Malawi. Vanavond Steven van Zandt in Nieuwsuur in een mooie reportage over het eerste concert van Bruce Springsteen in Zuid-Afrika eerder deze week. Van Zandt bracht in de jaren tal van artiesten, waaronder Springsteen, om de hit ‘Ain’t gonna play Sun City’ op te nemen. Een mooie uitdrukking van solidariteit met de strijd tegen de apartheid. Tenminste, zo keek ik er al die jaren tegenaan maar in een interview met Nieuwsuur onthult de zanger, die aan Springsteens concert meedeed, dat hij destijds een culturele boycot van Zuid-Afrika voerde als alternatief voor het gewapende verzet tegen de apartheid. En kijk, het had geholpen! Zou het? Of hebben de Zuid-Afrikaanse protesten – de massademonstraties, de ongehoorzaamheidscampagnes en voorlichtingscampagnes en ja, wellicht het gewapende verzet – ook nog in de melk gebrokkeld? Deden economische boycots en, vooruit, pressie vanuit het bedrijfsleven op de starre onderdrukker er wellicht ook nog toe?
Aan het einde van de reportage deelt Van Zandt met ons zijn zorg over de toekomst van Zuid-Afrika zonder Mandela. Ligt er al een hitje klaar waarmee de onvermijdelijke burgeroorlog kan worden afgeblazen?