zwarte spleetogen

In het winkelcentrum in Johannesburg staan de houten voetballers in alle formaten uitgestald, van nog geen half been hoog tot twee meter. De shirts verraden hun afkomst: Nigeria, Engeland, Portugal, Nederland, Brazilie, Ghana.
Alle spelers zijn zwart. Ze kosten weinig; de kleinste heb je al voor twintig euro.
Alle spelers hebben spleetogen. Navraag leert dat ze gemaakt zijn in Indonesie. In die wereld hebben alle mensen spleetogen. Je kunt je eraan storen maar vaak zijn die leuke etnische hebbedingetjes het product van verhusseling.


Rosebank, Johannesburg, dinsdagochtend. De vuvuzela’s zijn ontwaakt nadat Brazilie ze even het zwijgen oplegde. De korte winterslaap is voorbij. De pruiken, groen/gele shirts, vlaggen en helmen zijn terug. Iedereen weet dat Zuid-Afrika het niet kan redden maar we blijven geloven. Tot de laatste minuut. Omdat Tutu en Mandela twijfel aan de goede uitkomst tot de ultieme uiting van hoogverraad hebben uitgeroepen.
Mijn buurjongetje Themba gelooft al even hard in het onmogelijke (en blijft er evenzeer van overtuigd dat Brazilie uiteindelijk de wereldkampioen wordt). Themba houdt vol dat we allang gewonnen hebben. Het aantal buitenlandse bezoekers overtreft de stoutste verwachtingen. Alleen een handjevol Bavariameisjes mokt.
‘Ik steek mijn middelvinger op naar het buitenland’, zegt Themba.
Je moet wel de optelsom van Breyten Breytenbach en Rian Malan zijn om onder dit alles koud te blijven.


Begrijp ik nu goed dat Nederland zich opwindt over straffe FIFA-regels en volgzame Zuid-Afrikaanse autoriteiten … en dat Maxime Verhagen al hoog van de toren heeft gevuvuzelaad in een gesprek met de Zuid-Afrikaanse ambassadeur … en dat de relatie tussen beide landen nu ernstig verstoord is … en dat dagblad De Pers morgen, maandag, het Nederlandse volk zal oproepen om hiertegen massaal in opstand te komen … begrijp ik dat goed? …, terwijl Nederland zelf zich in het bidbook voor FIFA nog onderdaniger naar FIFA betoont dan de Zuid-Afrikanen?
Ik ben zo bang dat ik dat goed begrijp.


the dutchie girls: ‘rokkies in arres’ (Dagblad Beeld, 17 juni 2010)

Het land is te klein nu Zuid-Afrika de oranje Bavariameisjes heeft gearresteerd. Ze nemen geen enkel risico; handhaven is het motto. Dat moet Nederland toch aanspreken.
Ik moest ook aan Jan van Riebeeck denken.
Die meerde bijna drieeneenhalve eeuw geleden aan bij Kaap de Goede Hoop. Van de oorspronkelijke bewoners raakte daar niemand opgewonden van. Dankbaar namen ze de meegebrachte spiegeltjes en kralen (zonder merknamen erop) in ontvangst. Je had toen nog geen wetten tegen ‘ambush marketing’. Wat zou het een hoop ellende hebben voorkomen als die toen wel hadden bestaan. Want het komt breed lachend binnen, gehuld in een strak minirokje, een en al onschuld. Een beetje zoals FIFA. En voor je het weet maken ze de dienst uit.


waarom het afrikaanse wk niet mag slagen

Als ik deze regels optik, galmt de laatste oproep tot waakzaamheid van het Ministerie van Buitenlandse Zaken aan de Nederlandse voetbalfans nog na in mijn hoofd. Aanleiding is een tussen het puin in Bagdad gevonden brief met plannen voor een El Quaeda aanslag tijdens het WK in Zuid-Afrika. De alarmbellen slaan aan, plannen worden gewijzigd en vluchten afgezegd. We staan stijf van de angst. Er is maar één gek nodig om het hele feest te verzieken. Dat is in het land van Volkert van der G., Karst Tates, Mohammed B. en de Damschreeuwer de hoogste wijsheid.
Dan volgen de commentatoren, onheilsprofeten van het ergste soort. Meestal heten ze Johan Derksen. Reis niet naar Zuid-Afrika!, roepen ze. In hun kielzog treden de WAG’s, de ‘wives and girlfriends’, nooit boyfriends, van onze voetbalhelden, die aankondigen het levensgevaarlijke Johannesburg te zullen mijden. Doorgaans heten die Sylvie van der Vaart.

Ze weten het zeker. Wie zich naar Zuid-Afrika waagt, wacht eeuwige stormen boven Tripoli. Dan volgen de vulkanische aswolken die zich precies boven de luchtwegen naar het zuiden hebben samengetrokken. Op de vliegvelden van Johannesburg en Kaapstad staan de zakkenrollers en de autokapers, piraten en kindsoldaten, babyverkrachters en mensenhandelaren klaar. Op weg naar het hotel trekken de rassenrellen aan je voorbij. Het eerste fluitsignaal moet dan nog klinken. De vlaggetjes op de auto’s, de constructiewerkzaamheden langs de snelweg en de massa’s mensen in een shirt van Bafana Bafana ontgaat ze.

Het zijn, onder veel meer, de websites van uitgeweken, doorgaans blanke Zuid-Afrikanen, die de westerse angst voor een aankomend Armageddon voeden. Op deze sites rechtvaardigen de Wegtrekkers hun afscheid van het geboorteland door het voor te stellen als een horrorfilm. Elke ramp moet hun gelijk bewijzen. Ze delen met hun Europese vrienden een beeld van het continent waar niets werkt en dat uitsluitend door charitas in leven gehouden wordt. Ze koesteren de Afrikaanse broertjes en zusjes van onze eigen Ruben die ongegeneerd voor de camera worden gesleept om ons hun verhaal van ziekte en wanhoop te vertellen.

Daarom mag het WK niet slagen. Want Afrika’s succes is hún verlies, een zelfbewust continent hun ergste nachtmerrie.

(editorial ZAM Africa Magazine, jaargang 14, nummer 2)


Waarom het Afrikaanse WK niet slagen mag

Als ik deze regels optik, galmt de laatste oproep tot waakzaamheid van het Ministerie van Buitenlandse Zaken aan de Nederlandse voetbalfans nog na in mijn hoofd. Aanleiding is een tussen het puin in Bagdad gevonden brief met plannen voor een El Quaeda aanslag tijdens het WK in Zuid-Afrika. De alarmbellen slaan aan, plannen worden gewijzigd en vluchten afgezegd. We staan stijf van de angst. Er is maar één gek nodig om het hele feest te verzieken. Dat is in het land van Volkert van der G., Karst Tates, Mohammed B. en de Damschreeuwer de hoogste wijsheid. Continue reading


Verknipt Land, Zuid-Afrika aan de vooravond van het WK

Als ik eind maart na een kort bezoek aan Nederland naar mijn woonplaats Johannesburg terugkeer, nadert de uitbreiding van O.R. Tambo zijn voltooiing. Het vliegveld is veranderd in een zee van licht en ruimte waarbinnen met billboards en wandschilderingen uitbundige verwijzingen naar ’s lands wildlife, de natuur en Robbeneiland zijn aangebracht. Twintig jaar geleden, toen ik het land voor het eerst bezocht, vielen me in de naargeestige aankomsthal de posters op die waarschuwden tegen het terrorisme van een vermeende vijand. Ze toonden handgranaten, limpetmijnen, AK47’s en pistolen en riepen op tot uiterste waakzaamheid. De aanvoerder van de toenmalige terreurbeweging, Nelson Rolihlahla Mandela, was net vrijgelaten. Nu lacht gevangene 46664 – zijn detentienummer is een brand geworden – me toe vanaf posters die de bezoekers welkom heten, welkom in het land van ‘2010’. Continue reading


I
Bij de dierenarts.
Twee Senegalese hondenbezitters. Witte lakschoenen, kekke pantolons. Terwijl de een in gesprek is met de arts brengt een ander het WK ter sprake bij de assistenten. Hij vraagt ze wie er gaat winnen?
‘Brazilie’, zegt de een schuchter.
‘Ik denk wel dat Zuid-Afrika door de eerste ronde heenkomt’, zegt de ander.
‘Een Afrikaans team!’, zegt de Senegalees met stemverheffing en uit volle overtuiging. Hij draait een halve slag rond zijn as en doceert nu de gehele wachtkamer.
‘Het kan niet anders. Ik zie het heel duidelijk voor me’.
‘Welk Afrikaans team?’, vraagt een van de assistenten.
‘Daarop moet ik het antwoord nu nog schuldig blijven. Het zou Ivoorkust kunnen zijn, of Kameroen. Maar wat wel vaststaat is dat het een Afrikaans team zal zijn’.
‘Hoe weet je dat zo zeker’, vraagt de eigenaresse van een zieke papegaai.
‘Dat is mijn visie, Madame. Het wordt een Afrikaans team’.

2
Afgelopen zaterdag werd Donald begraven. Tijdens een indrukwekkende dienst sprak Donald’s partner hartverscheurende woorden – een indringende getuigenis van een relatie die veertien jaar mocht duren. Zwarte man met blanke man, Zuid-Afrikaan en Nederlander.
Vervolgens nam de dominee het woord. Hij had bij begrafenissen veel toespraken gehoord, maar dit had hij nog nooit meegemaakt. Vermoedelijk waren hem de vertwijfelde blikken van sommige aanwezigen opgevallen. ‘Maar we moeten over dit soort dingen praten’, vervolgde de dominee. ‘Want als we dat niet doen, begrijpen de voorouders er straks niets meer van. En wie de voorouders tegen zich in het harnas jaagt kan wel aan het geiten slachten blijven!’ En er was nog iets. ‘Onze cultuur en traditie heeft de neiging om mensen uit te sluiten. Maar gelukkig hebben we een God die er is voor allemaal.’
Waarna Donald’s zuster sprak over haar broer, ‘die ook een zus was’.